Inleiding tot het "spiegel"-principe en de functie van medische endoscopen
1. Kernprincipe
Met de 'spiegel' van een endoscoop wordt in principe het optische beeldvormingssysteem bedoeld, dat in twee hoofdmethoden wordt onderverdeeld:
Optische spiegel (harde spiegel): met behulp van een cilindrische lenzengroep of prisma-reflectie wordt het licht via een fysieke lens rechtstreeks naar het oculair of de camera (zoals laparoscoop, artroscoop) overgebracht.
Elektronische spiegel (zachte spiegel): aan de voorzijde is een micro-CMOS/CCD-sensor geïnstalleerd die het optische signaal omzet in een elektrisch signaal. Dit signaal wordt vervolgens via een kabel naar het display verzonden (bijvoorbeeld een gastroscoop of colonoscoop).
Hulpsysteem:
Verlichting: een koude lichtbron (zoals een LED-/xenonlamp) wordt via een glasvezel naar binnen geleid om het observatiegebied te verlichten.
Kanaalontwerp: instrumenten (biopsietang, laseroptische vezel) kunnen worden ingebracht of er kan water-/gasinjectie worden gebruikt voor aanvullende inspectie.
2. Kernfunctie
Observatie: beeldvorming met hoge resolutie, waarbij de afwijkingen (ontstekingen, tumoren, enz.) in organen van het lichaam (zoals de maag, darmen, blaas, enz.) direct in beeld worden gebracht.
Diagnose: meewerken aan biopsieafname voor pathologische analyse.
Behandeling: Minimaal invasieve chirurgie (zoals poliepectomie, hemostase, steenverwijdering).
3. Typische toepassingen
Gastroscopie/colonoscopie (elektronische endoscoop) → Onderzoek van het spijsverteringskanaal.
Laparoscopie (harde endoscoop) → Minimaal invasieve chirurgie (zoals cholecystectomie).
Bronchoscopie (flexibele endoscoop) → Onderzoek van de longen.
Voordelen: minimaal invasieve, nauwkeurige, real-time werking, waardoor patiënttrauma aanzienlijk wordt verminderd